De Staatscommissie tegen Discriminatie en Racisme presenteert een toekomstvisie op het Nederlandse non-discriminatierecht, onder de titel Samen voor gelijkheid. Deze toekomstvisie is gebaseerd op negen bijdragen van wetenschappers in samenwerking met maatschappelijke partijen. Hiermee opent de staatscommissie het gesprek over hoe het non-discriminatierecht vernieuwd kan worden, zodat daadwerkelijk recht wordt gedaan aan gelijke behandeling. Daartoe reikt de staatscommissie drie pijlers aan, als basis voor de verdere vernieuwing.
De toekomstvisie bestaat uit negen preadviezen die elk een specifiek vernieuwingsvraagstuk binnen het non-discriminatierecht belichten. Denk aan structurele discriminatie, eenzijdig overheidshandelen, intersectionaliteit, algoritmische discriminatie en toegang tot het recht.
De adviezen geven aanleiding om drie pijlers voor verdere vernieuwing van het non-discriminatierecht te onderscheiden. De eerste pijler is een verbreding van het huidige, nog te beperkt omschreven discriminatieverbod. De tweede richt zich op betere handhaving van gelijke behandeling en het voorkomen van discriminatie, zowel via individuele rechtsbescherming als door instituties actief collectief verantwoordelijk te maken voor het bevorderen van gelijkheid. Dat laatste kan via de Gelijkheidsplicht Publieke Sector (GPS), zoals de staatscommissie eerder adviseerde. De derde pijler benadrukt stem en zeggenschap: het vernieuwingsproces van het recht moet zelf inclusief en gelijkwaardig verlopen.
Stuwende kracht voor rechtvaardigheid
“Gelijkheid vormt het fundament van onze democratische rechtsstaat. Toch ervaren veel mensen in hun dagelijks leven nog steeds discriminatie. Dit roept de vraag op hoe het juridische stelsel kan worden versterkt. Niet alleen als vangnet bij onrecht, maar juist als stuwende kracht voor rechtvaardigheid,” stelt commissievoorzitter Joyce Sylvester. Om deze verandering in gang te zetten, presenteert de staatscommissie haar toekomstvisie op het non-discriminatierecht, ontwikkeld samen met wetenschappers en mensen die zelf discriminatie ervaren. Sylvester: “Deze visie onderstreept dat het tijd is voor een non-discriminatierecht dat sterker is in bescherming, rechtvaardiger in werking en menselijker in toon.”
Te reactief
De huidige aanpak waarmee discriminatie in Nederland wordt bestreden is te reactief, versnipperd en vrijblijvend. Dit blijkt uit ons vorige onderzoeksrapport waarin wij pleiten voor een wettelijk kader dat gelijke behandeling en gelijke kansen door de overheid bevordert. Sylvester: “Tegen de achtergrond van structurele ongelijkheid en een groeiende bevolking is versterking van het non-discriminatierecht essentieel voor sociale cohesie, een eerlijke samenleving en een sterke democratische rechtsstaat.” Discriminatie is een diep verankerd en een wijdverspreid probleem binnen de Nederlandse samenleving. Iedereen in Nederland heeft direct of indirect op alle gronden van artikel 1 Grondwet met discriminatie en racisme te maken. Het beschadigt mensenlevens en hersteloperaties kosten de samenleving miljarden.
Grondig herzien
Structurele ongelijkheid tast het vertrouwen in de rechtstaat aan en kan niet enkel met losse maatregelen worden opgelost. “Het gaat om recht dat ontstaat in samenspraak met de mensen voor wie het bedoeld is. Vernieuwing van het huidige non-discriminatierecht betreft niet alleen het ontwikkelen van nieuwe regels; het moet ook grondig worden herzien om discriminatie daadwerkelijk uit te bannen”, sluit Joyce Sylvester af.